FR
EN
NL
DE
ES
IT
Apprendre le vocabulaire
Conseils
Méthode d'étude
Démarrer
Wozzol
Conseils
Méthode d'étude
Listes de vocabulaire
Actualités
Apprendre du vocabulaire
Si vous souhaitez apprendre plus de vocabulaire dans une langue étrangère, n'hésitez pas à nous le faire savoir.
Contactez nous
Liste de vocabulaire
Listes de vocabulaire
Engels
Malmberg
Taalblokken Engels
A2 Werkboek en Online
TBEN-A2-H1-02 Spoken Interaction
Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.
Actions
Liste ouverte pour apprendre
Imprimer la liste sous forme de
flashcards
Exporter la liste dans un fichier texte
Engels
Nederlands
a few
=
een paar
about
=
over
amazing
=
geweldig
as well
=
ook
at
=
in
at night
=
's nachts
different
=
verschillend
everybody / everyone
=
iedereen
for
=
op
friendly
=
vriendelijk
from
=
van
good luck
=
succes
hard
=
zwaar, moeilijk
how
=
hoe
in the afternoon
=
's middags
in the evening
=
's avonds
in the morning
=
's ochtends
just
=
net / pas
later
=
straks
no
=
geen
nothing
=
niks
okay
=
oké
other
=
ander
so
=
zo
some / what
=
wat
someone
=
iemand
something
=
iets
the bottle
=
de fles
the boyfriend
=
het vriendje
the can
=
het blikje
the coke
=
de cola
the colleague
=
de collega
the computer game
=
het computerspelletje
the experience
=
de ervaring
the girlfriend
=
de vriendin
the hostel
=
de jeugdherberg
the idea
=
het idee
the mechanic
=
de monteur
the mineral water
=
het mineraalwater
the office
=
het kantoor
the shop assistant
=
de winkelbediende
the sort
=
de soort
the tourist
=
de toerist
the trainee
=
de stagiaire
the waitress
=
de serveerster
to
=
tot
to get
=
krijgen / halen
to go out
=
uitgaan
to meet
=
ontmoeten
to stay
=
verblijven / blijven
to tell
=
vertellen
to travel
=
reizen
when
=
wanneer
where
=
waar
which
=
welke
who
=
wie
why
=
waarom
will
=
zullen