Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • abandon = achterlaten
  • cause = veroorzaken
  • degrees = graden
  • delays = vertragingen
  • disruption = overlast
  • elderly people = bejaarden
  • pavement = stoep / trottoir
  • damage = schade
  • fence = hek
  • journey = reis
  • roof = dak
  • rush hour = spitsuur
  • severe = zwaar / hevig
  • windscreen = voorruit
  • advice = advies
  • apply = aanbrengen
  • heatwave = hittegolf
  • plenty = veel / ruim voldoende
  • protect = beschermen
  • safe = veilig
  • sunscreen = zonnebrandcrème
  • border = grens
  • force = dwingen
  • poverty = armoede
  • refugee = vluchteling
  • soldier = soldaat
  • war = oorlog
  • fundraising event = geldinzamelingsactie
  • involved = betrokken
  • organisation = organisatie
  • poorest = armste
  • raise = inzamelen / opbrengen