Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • car = auto
  • driver = bestuurder
  • expensive = duur
  • scary = eng
  • bicycle; bike = fiets
  • dangerous = gevaarlijk
  • cheap = goedkoop
  • ticket = kaartje
  • slow = langzaam
  • exciting = opwindend
  • journey = reis
  • to travel = reizen
  • to ride = rijden
  • fast = snel
  • safe = veilig
  • traffic = verkeer
  • airplane / aeroplane = vliegtuig
  • to wait = wachten