- Engels Nederlands
- affordable = betaalbaar
- area = gebied
- available = vrij
- bathroom = badkamer
- cash = contant
- description = omschrijving
- different from = anders dan
- double room = tweepersoonskamer
- floor = verdieping
- free breakfast = gratis ontbijt
- fully booked = volgeboekt
- often = vaak
- option = mogelijkheid
- single room = eenpersoonskamer
- (to) book = reserveren
- (to) confirm = bevestigen
- (to) explore = ontdekken, verkennen
- (to) let = verhuren
- (to) pay = betalen
- (to) remember = onthouden
- (to) share = delen
- (to) stay at = verblijven
- useful = nuttig
- usually = gewoonlijk
- view = uitzicht