- Engels Nederlands
- prepared = bereid
- accessible = bereikbaar
- accessibility = de bereikbaarheid
- to offer = bieden
- gross = bruto
- to continue working = doorwerken
- perseverance = het doorzettingsvermogen
- physical = fysiek
- to wrap = inpakken
- packer = de inpakker
- mentality = de instelling
- wage = het loon
- monthly = maandelijks
- minimum wage = het minimumloon
- mix = de mix
- net = netto
- description = de omschrijving
- to suit = passen
- personal details = de persoonsgegevens
- production worker = de productiemedewerker
- psychological = psychisch
- salary = het salaris
- application form = het sollicitatieformulier
- to sort = sorteren
- talent = het talent
- magazine = het tijdschrift
- of course = uiteraard
- weekly = wekelijks
- working hours = de werktijden
- activities = de werkzaamheden
- both … and = zowel … als