FR
EN
NL
DE
ES
IT
Apprendre le vocabulaire
Conseils
Méthode d'étude
Démarrer
Wozzol
Conseils
Méthode d'étude
Listes de vocabulaire
Actualités
Apprendre du vocabulaire
Si vous souhaitez apprendre plus de vocabulaire dans une langue étrangère, n'hésitez pas à nous le faire savoir.
Contactez nous
Liste de vocabulaire
Listes de vocabulaire
Engels
ThiemeMeulenhoff
Build Up
Examensyllabus vaakvoorkomende woorden 3
Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.
Actions
Liste ouverte pour apprendre
Imprimer la liste sous forme de
flashcards
Exporter la liste dans un fichier texte
Engels
Nederlands
PM
=
minister president
policy
=
beleid
poverty
=
armoede
poor
=
arm
population
=
bevolking
possibility
=
mogelijkheid
possible
=
mogelijk
pragmatic
=
praktisch ingesteld
praise
=
lof
to praise
=
aanprijzen
preference
=
voorkeur
to prefer
=
voorkeur hebben
prevalent
=
dominant, meest voorkomend
prevailing
=
gangbaar
promise
=
belofte
to promise
=
beloven
quality
=
kwaliteit
quantity
=
hoeveelheid
to question
=
in twijfel trekken
racial / race
=
ras
to rate
=
schatten
to underrate
=
onderschatten
recipient
=
ontvanger
to receive
=
ontvangen
reality
=
werkelijkheid
reasoning
=
argumentatie
recently
=
onlangs
reconciliation
=
verzoening
to reconcile
=
verzoenen
reference
=
verwijzing/bron
to refer
=
verwijzen
reflection
=
weerspiegeling
to reflect
=
weerspiegelen
rejection
=
weigering
to reject
=
weigeren
to relate to
=
zich verhouden tot
to remove
=
verwijderen
repeatedly
=
herhaaldelijk
to repeat
=
herhalen
with respect to
=
wat betreft
to respect
=
respecteren
responsible
=
verantwoordelijk
reward
=
beloning
to reward
=
belonen
root
=
wortel, oorzaak
scoop
=
primeur
to see to something
=
ergens voor zorgen
to see
=
zien, beschouwen
to serve
=
dienen als/voor
several
=
een aantal, meerdere
to share
=
delen
shortcoming
=
tekortkoming
to sign
=
ondertekenen
sign
=
teken, bord, signaal
to signify
=
bedoelen, betekenen
significant
=
belangrijk
social
=
maatschappelijk
society
=
maatschappij
spirit
=
geest, kenmerk
substance
=
substantie
succession
=
opvolging
successor
=
opvolger
to suffer
=
lijden
superficial
=
oppervlakkig
to support
=
ondersteunen
support
=
steun
tension
=
spanning
to trade
=
het handelen
trade
=
handel
transformation
=
verandering
to transform
=
veranderen
transition
=
overgang
treatment
=
behandeling
to treat
=
behandelen
to turn out
=
blijken
point of view
=
mening
to view,
=
zien, van mening zijn
violence
=
geweld
visit
=
bezoek
to visit
=
bezoeken
to give way to
=
plaats maken voor
way
=
weg, manier
to add weight to
=
belangrijker maken
weight
=
gewicht, belang
willingness
=
bereidheid
to worry about
=
zich zorgen maken over
worry
=
zorg