FR
EN
NL
DE
ES
IT
Apprendre le vocabulaire
Conseils
Méthode d'étude
Démarrer
Wozzol
Conseils
Méthode d'étude
Listes de vocabulaire
Actualités
Apprendre du vocabulaire
Si vous souhaitez apprendre plus de vocabulaire dans une langue étrangère, n'hésitez pas à nous le faire savoir.
Contactez nous
Liste de vocabulaire
Listes de vocabulaire
Engels
ThiemeMeulenhoff
Start Up
Start Up 57 en 58 Emorions (1+2)
Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.
Actions
Liste ouverte pour apprendre
Imprimer la liste sous forme de
flashcards
Exporter la liste dans un fichier texte
Engels
Nederlands
emotion
=
emotie
to worry
=
zich zorgen maken
worried
=
bezorgd
worry
=
zorg
angry
=
boos
look
=
blik (in ogen)
to love
=
houden van
of course
=
natuurlijk
in love (with)
=
verliefd (op)
to fall in love (with)
=
verliefd worden (op)
darling
=
schat
to laugh (at)
=
lachen (om)
laughter
=
gelach
happy
=
gelukkig
to wish
=
wensen
kind
=
vriendelijk
date
=
afspraakje
to be fed up with something
=
iets zat zijn(1)
to be sick of something
=
iets zat zijn (2)
to cry
=
huilen
to shout
=
schreeuwen
a fool
=
een dwaas
to smile
=
glimlachen
smile
=
glimlach
wonderful
=
prachtig
to hate
=
haten
hate
=
haat
it's a pity
=
het is jammer
nightmare
=
nachtmerrie
surprise
=
verrassing
surprised
=
verbaasd
to my surprise
=
tot mijn verbazing
pleasant
=
prettig
sad
=
droevig
tear
=
traan
devil
=
duivel
problem
=
probleem
afraid
=
bang
terrible
=
verschrikkelijk
feeling
=
gevoel
proud (of)
=
trots (op)
disappointed
=
teleurgesteld
to be homesick
=
heimwee hebben
mood
=
stemming
jealous (of)
=
jalours (op)
to exist
=
bestaan
exciting
=
spannend
lonely
=
eenzaam
amazing
=
verbazingwekkend
upset
=
van streek
enthusiastic
=
enthousiast
to seem
=
lijken
to forgive
=
vergeven