Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • primary school = basisschool
  • secondary school = middelbare school
  • comprehensive school = scholengemeenschap
  • education = opleiding
  • head(master) = hoofd
  • pupils = leerling
  • class = klas
  • classroom = klaslokaal
  • lesson = les
  • to teach = onderwijzen
  • teachers = leraren
  • to do homework = huiswerk maken
  • free = vrij
  • question = vraag
  • to know = weten
  • to answer / to reply = antwoorden
  • answer = antwoord
  • He put her answer down in her note book.

    Hij noteerde haar antwoord in haar notitieboekje.

  • reply = antwoord
  • His reply was fast.

    Zijn antwoord was snel.

  • wrong = fout
  • right = juist
  • to learn = leren
  • by heart = uit het hoofd
  • to count = tellen