Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Frans Nederlands
  • la fracture = de breuk
  • l’ennui = de verveling
  • soulever = optillen
  • consacrer à = besteden aan
  • le coude = de elleboog
  • prometteur = veelbelovend
  • à première vue = op het eerste gezicht
  • la douleur = de pijn
  • petit à petit = langzaamaan
  • surcharger = overbelasten
  • prescrire = voorschrijven
  • le trouble = het probleem
  • de rien = geen dank
  • alterner = afwisselen
  • le produit laitier = het zuivelproduct
  • équilibré = evenwichtig / uitgebalanceerd
  • contribuer à = bijdragen aan
  • le carton = de doos
  • se porter bien = het goed maken
  • se porter mal = het slecht maken
  • le végétarien = de vegetariër
  • le remède = het middel
  • éviter = vermijden
  • l’ordonnance = het recept
  • s’étendre = zich uitbreiden / zich uitstrekken
  • le dos = de rug
  • le poignet = de pols
  • la poitrine = de borst
  • le cou = de nek
  • la cheville = de enkel
  • le genou = de knie