Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • almost = bijna
  • article = artikel
  • bargain = koopje
  • butcher's = slagerswinkel
  • careful = voorzichtig
  • chemist's = apotheek/drogisterij
  • clothes shop = kledingzaak
  • customer = klant
  • dairy = zuivelhandel
  • discount = korting
  • expensive = duur
  • for example = bijvoorbeeld
  • free = gratis
  • large = groot
  • medium = middenmaat
  • small = klein
  • parcel = pakje
  • probable = waarschijnlijk
  • queue = rij
  • receipt = kassabon
  • refund = terugbetaling
  • shop assistant = winkelbediende
  • shopkeeper = winkeleigenaar