Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • to drown = verdrinken
  • south = zuid
  • records = registratie
  • region = regio, streek / regio / streek
  • high = hard
  • to destroy = vernielen, verwoesten / vernielen / verwoesten
  • to explode = exploderen
  • to drop = vallen
  • square mile = vierkante mijl
  • forest = bos
  • farmland = landbouwgebied, landbouwgrond / landbouwgebied / landbouwgrond
  • authorities = overheden
  • to confirm = bevestigen
  • to climb = stijgen
  • to continue = doorgaan
  • relatively = betrekkelijk
  • event = gebeurtenis
  • to stand / stood / stood = staan / stond / gestaan
  • locals = plaatselijke bewoners
  • countryside = platteland
  • to recover = herstellen
  • fire = brand, vuur / brand / vuur
  • caller = beller
  • radio = radio
  • to hide / hid / hidden = zich verstoppen / verstopte / verstopt / verstoppen / verstopte / verstopt
  • proud = trots
  • firefighter = brandweerman
  • tunnel = tunnel
  • warning = waarschuwing
  • to echo = herhalen
  • to remind = herinneren aan
  • business = bedrijf
  • tourist = toerist
  • to soar = omhoog vliegen
  • firestorm = vuurzee, vuurstorm / vuurzee / vuurstorm
  • ash = as
  • ruins = ruÌøne
  • drought = droogte
  • blackened = zwartgeblakerd
  • terrified = doodsbang
  • superintendent = hoofdinspecteur
  • nosy = nieuwsgierig