- Engels Nederlands
- written = geschreven
- reply = antwoord
- replies = antwoorden
- show-off = uitslover
- clever = slim
- understanding = begripvol
- in writing = op papier, zwart op wit / op papier / zwart op wit
- recently = kort geleden, de laatste tijd / kort geleden / de laatste tijd
- mean = bedoelen
- meant = meende
- depressed = depressief
- lose weight = afvallen
- skinny = mager
- definitely = beslist
- pair = paar
- for ages = al heel lang
- don't care = niet kunnen schelen
- baggy = slobberig, wijd / slobberig / wijd
- size = maat
- bum = kont, achterwerk / kont / achterwerk
- fitness = fitness
- arrived = kwam, aankwam / kwam / aankwam
- stall = kraam
- market = markt
- starve = rammelen van de honger