Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • offer (to) = aanbieden
  • wages = salaris
  • recording = opname
  • ticket office = kassa
  • temporary = tijdelijk
  • available = beschikbaar
  • applicant = sollicitant
  • lose weight (to) - lost - lost = afvallen
  • energetic = energiek
  • location = plaats
  • marriage = huwelijk
  • take place (to) - took - taken = plaatsvinden
  • birth = geboorte
  • proud = trots
  • stand by (to) - stood - stood = bijstaan
  • furniture = meubels
  • rent (to) = huren
  • basement = kelder
  • laundry room = washok
  • obedient = gehoorzaam