Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • to cope = aankunnen
  • liability = aansprakelijkheid
  • significant = aanzienlijk / beduidend
  • to put on hold = aanhouden
  • to offend = beledigen
  • cognitive = cognitief
  • cognitive functions = denkprocessen
  • to compensate = compenseren
  • to delegate = delegeren / zorg overdragen
  • to rely on = ervan op aan kunnen
  • to integrate = integreren / tot eenheid worden
  • interdisciplinary = interdisciplinair
  • speech therapist = logopedist
  • mobility = mobiliteit
  • minutes of a meeting = notulen
  • independent = onafhankelijk
  • incompetent = onbekwaam
  • unlicensed staff = ongediplomeerd
  • to assign = opdracht geven
  • to collaborate = samenwerken
  • to support = helpen / steunen
  • implementation = uitvoering / toepassing
  • fatigue conditions = vermoeidheid
  • learning disability = verstandelijke beperking
  • trust = vertrouwen
  • appreciation = waardering
  • mutual respect = wederzijds respect