FR
EN
NL
DE
ES
IT
Apprendre le vocabulaire
Conseils
Méthode d'étude
Démarrer
Wozzol
Conseils
Méthode d'étude
Listes de vocabulaire
Actualités
Apprendre du vocabulaire
Si vous souhaitez apprendre plus de vocabulaire dans une langue étrangère, n'hésitez pas à nous le faire savoir.
Contactez nous
Liste de vocabulaire
Listes de vocabulaire
Engels
Malmberg
Of course!
Of course3-5havo
Ofcourse3-5h-H6-NE
Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.
Actions
Liste ouverte pour apprendre
Imprimer la liste sous forme de
flashcards
Exporter la liste dans un fichier texte
Engels
Nederlands
adjustment
=
aanpassing
dependent
=
afhankelijk van
entertain
=
iemand bezighouden / bezighouden
fault
=
fout
weight
=
gewicht
socialize
=
het gezellig hebben
maintain
=
handhaven
hire
=
inhuren
wire
=
kabel
headline
=
krantenkop
tendency
=
neiging
despite
=
ondanks
regardless of
=
ongeacht
to shop online
=
online winkelen
assignment
=
opdracht
recharge
=
opladen
relief
=
opluchting
range
=
reeks
reserve
=
reserveren
beg for
=
smeken om
increasingly
=
steeds meer
plug
=
stekker
wall socket
=
stopcontact
invention
=
uitvinding
temp
=
uitzendkracht
trial and error
=
vallen en opstaan
record
=
vastleggen
provide
=
verschaffen / leveren
rely on
=
vertrouwen op
economical
=
zuinig
apply for
=
aanvragen
treatment
=
behandeling
previously
=
daarvoor / vroeger
profound
=
diepgaand / ingrijpend
go to court
=
een rechtszaak aanspannen
faint
=
flauwvallen / flauw / vaag
cure
=
genezen / beter maken
benefit
=
goed doen / ten goede komen / uitkering
primary
=
grootste / belangrijkste
GP
=
huisarts
fever
=
koorts
slim
=
lijnen
procedure
=
methode / procedure
potentially
=
mogelijk
disorder
=
stoornis
permission
=
toestemming
select
=
uitkiezen
carry out
=
uitvoeren
injury
=
verwonding / blessure
prevent
=
voorkómen
premature
=
voortijdig
concern / care
=
zorg
assume
=
aannemen
intention
=
bedoeling
concept
=
begrip
need
=
behoefte
admire
=
bewonderen
expose
=
blootstellen aan / laten kennismaken met
flexible
=
buigzaam
competitive
=
concurrerend
consumer
=
consument
various
=
diverse / verschillende
target group
=
doelgroep
across
=
dwars door / door
demand
=
eis
manufacturer
=
fabrikant
feature
=
functie / mogelijkheid
entitled
=
getiteld
entire
=
heel
it's no use
=
het heeft geen zin
current
=
huidig
indeed
=
inderdaad
client / customer
=
klant
let alone
=
laat staan
ignore
=
negeren
either … or
=
óf ... óf
handle
=
omgaan met
controversial
=
omstreden
about
=
ongeveer
deliberate
=
opzettelijk
old-fashioned
=
ouderwets
time span
=
periode / tijdspanne
commercial
=
reclamespotje
merely
=
slechts
point of view
=
standpunt
nowadays
=
tegenwoordig
at the expense of
=
ten koste van
time-bound
=
tijdgebonden
happen to
=
toevallig
to a certain extent
=
tot op zekere hoogte
disturbing
=
verontrustend
replace with
=
vervangen door
pros and cons
=
voor- en nadelen / voors en tegens
virtually
=
vrijwel / praktisch
deposit
=
aanbetaling
stocks (BE) / stocks / shares (AE) / shares
=
aandelen
gross
=
bruto
properly
=
correct / naar behoren
broke
=
failliet
bankruptcy
=
faillissement
face
=
geconfronteerd worden met
community
=
gemeenschap
average
=
gemiddeld
large-scale
=
grootschalig
greedy
=
hebzuchtig / inhalig
raise
=
inzamelen
vulnerable
=
kwetsbaar
rude
=
lomp / onbeleefd
brand
=
merk
Prime Minister
=
minister-president
net
=
netto
turnover
=
omzet
cause and effect
=
oorzaak en gevolg
private
=
particulier
riches
=
rijkdom
run into debt
=
schulden krijgen
numerous
=
talrijk
outburst
=
uitbarsting
exhausting
=
uitputtend
destructive
=
vernietigend
neglect
=
verwaarlozing
acquire
=
verwerven
values
=
waarden
including
=
waaronder
lucrative
=
winstgevend
root
=
wortel
as well as
=
zowel ... als
wonder
=
benieuwd zijn
determine
=
bepalen
within
=
binnen (+ periode) / binnen
invade
=
binnenvallen
furthermore
=
bovendien / verder
moreover
=
bovendien
handy
=
bruikbaar
tan
=
bruin kleurtje
sex offender
=
dader van seksueel misbruik
property
=
eigendom
mainly
=
hoofdzakelijk
in case
=
in geval dat
unlike
=
in tegenstelling tot
snapshots
=
kiekje
in short
=
kortom
fellow pupils
=
medeleerlingen
minor
=
minderjarige
provided
=
mits / op voorwaarde dat
nevertheless
=
niettemin
among other things
=
onder andere
undergo
=
ondergaan
harmless
=
ongevaarlijk
convinced
=
overtuigd / zeker
recipe
=
recept
stroll
=
slenteren
long for
=
sterk verlangen naar
shortage
=
tekort aan
finally
=
ten slotte
unless
=
tenzij
expenses
=
uitgaven
because of
=
vanwege
addiction
=
verslaving
via / through
=
via
pervert
=
viezerik (seksueel) / viezerik
for the time being
=
voorlopig
whatever you like
=
wat je maar wil
metaphor
=
beeldspraak
concrete
=
beton
weird
=
erg vreemd
figurative
=
figuurlijk
host
=
gastvrouw / gastheer
mentally
=
geestelijk
beneficial
=
gunstig
unfortunately
=
jammer genoeg
option
=
keuze
fee
=
kosten / vergoeding / tarief
literal
=
letterlijk
rather than
=
liever dan
measure
=
maatregel
developing country
=
ontwikkelingsland
infertility
=
onvruchtbaarheid
act
=
optreden als / de functie hebben van
attempt
=
poging
lend
=
uitlenen
confusing
=
verwarrend
damp
=
vochtig
mutual
=
wederzijds
refuse
=
weigeren
ferocious
=
woest
focus on
=
zich richten op
caring
=
zorgzaam
dairy
=
zuivel
pregnancy
=
zwangerschap
stray
=
zwerf