Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • programme = programma
  • documentary = documentaire
  • especially = vooral
  • each other = elkaar
  • for example = bijvoorbeeld
  • act = acteren
  • cheerful = vrolijk
  • joke = een grap maken
  • motorbike = motor
  • discuss = bespreken
  • weather forecast = weerbericht
  • remote control = afstandsbediening
  • chance = kans
  • TV guide = tv-gids / televisiegids
  • in the end = uiteindelijk
  • impossible = onmogelijk
  • animation = tekenfilm
  • dream = droom
  • move = verhuizen
  • arrest = arresteren
  • square = plein
  • pub = café
  • broadcast = uitzenden
  • episode = aflevering
  • character = personage / rol
  • twins = tweeling
  • thousand = duizend
  • rubbish = afval
  • in trouble = in de problemen
  • director = regisseur
  • mean = gemeen
  • role = rol
  • research = onderzoek
  • an hour and a half = anderhalf uur
  • less = minder
  • adult = volwassene
  • final = laatste
  • relax = ontspannen
  • bike / bicycle = fiets
  • per week / a week = per week
  • p.m. / pm = na 12 uur 's middags
  • a.m. / am = voor 12 uur 's middags / vóór 12 uur 's middags