Wozzol

Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.

  • Engels Nederlands
  • arrive = aankomen / arriveren
  • balloon = ballon
  • believe = geloven
  • candles = kaarsen
  • light = aansteken
  • movie = film
  • party hats = feesthoedjes
  • piece = stuk
  • soon = gauw
  • surprise = verrassing
  • turn out = uitdoen
  • guest = gast
  • photo = foto
  • Spain = Spanje
  • tradition = traditie / gewoonte
  • wear = dragen
  • wedding = bruiloft
  • whole = hele
  • card = kaart
  • celebrate = vieren
  • date = datum / afspraak / afspraakje
  • during = tijdens
  • fireworks = vuurwerk
  • game = spel
  • holidays = feestdagen / vakantie
  • important = belangrijk
  • other = andere
  • road = weg
  • chocolates = bonbons / chocolaatjes
  • spend = uitgeven
  • take = nemen
  • where to = waarheen