FR
EN
NL
DE
ES
IT
Apprendre le vocabulaire
Conseils
Méthode d'étude
Démarrer
Wozzol
Conseils
Méthode d'étude
Listes de vocabulaire
Actualités
Apprendre du vocabulaire
Si vous souhaitez apprendre plus de vocabulaire dans une langue étrangère, n'hésitez pas à nous le faire savoir.
Contactez nous
Liste de vocabulaire
Listes de vocabulaire
Engels
Cambridge University Press
English in Mind Second edition
A2 - Deel 1 - 2e editie
Hoofdstuk 8 - We’re going on holiday
Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.
Actions
Liste ouverte pour apprendre
Imprimer la liste sous forme de
flashcards
Exporter la liste dans un fichier texte
Engels
Nederlands
across
=
door / over
adventure holiday
=
avontuurlijke vakantie
adventurous
=
avontuurlijk
along
=
langs
aquatic
=
water
area
=
gebied
arrangement
=
overeenkomst
Art
=
kunst
attraction
=
attractie
baked beans
=
witte bonen in tomatensaus
Bangkok
=
Bangkok
bed and breakfast
=
logies met ontbijt
boat
=
boot
boot
=
laars
brilliant
=
schitterend
camping
=
kamperen
campsite
=
camping
Canada
=
Canada
canoeing
=
kanoën
capital
=
hoofdstad
cassette
=
cassette
cent
=
cent
centre
=
centrum
climate
=
klimaat
climbing
=
bergbeklimmen
coach
=
bus
coast
=
kust
coastline
=
kustlijn
to combine
=
combineren
competition
=
wedstrijd
to conserve
=
in stand houden
cruise
=
cruise
currency
=
valuta
cutlery
=
bestek
date
=
datum
day after tomorrow
=
overmorgen
December
=
december
to describe
=
beschijven
destination
=
bestemming
to dive / diving
=
duiken
diver
=
duiker
doubt
=
twijfel
dreadful
=
vreselijk
Egypt
=
Egypte
elephant
=
olifant
excellent
=
voortreffelijk
to faint
=
flauwvallen
to fall
=
dalen
fan
=
liefhebber
fault
=
schuld
ferry
=
veerboot
figure
=
cijfer
gallery
=
galerie
golf
=
golf
Greece
=
Griekenland
habitat
=
natuurlijke woonplaats
harbour
=
haven
hiking
=
wandelen
to hire
=
huren
hostel
=
herberg
hundred
=
honderd
ideal
=
ideaal
international
=
internationaal
Ireland
=
Ierland
kayaking
=
kajakken
to look forward to
=
uitkijken naar
May
=
mei
mountain
=
berg
museum
=
museum
November
=
november
to offer
=
bieden
outdoor
=
buiten (shuis)
outdoors
=
buiten
parachuting
=
parachutespringen
path
=
paadje
penguin
=
pinguin
plan
=
plan
plane
=
vliegtuig
pleasant
=
aangenaam
popular
=
populair
population
=
bevolking
present
=
geschenk
to pull
=
trekken
range
=
reeks
resort
=
vakantieoord
rock
=
rots
scenery
=
landschap
scuba diving
=
onderwaterzwemmen
setting
=
omgeving
shark
=
haai
shipwreck
=
scheepswrak
sight
=
bezienswaardigheid
sightseeing
=
bezoeken van bezienswaardigheden
Slovenia
=
Slovenië
snorkelling
=
snorkelen
souvenir
=
souvenir
sunbathing
=
zonnebaden
sunny
=
zonnig
teens
=
tienerjaren
Thailand
=
Thailand
Thursday
=
donderdag
tin opener
=
blikopener
toothache
=
kiespijn
tourist
=
toerist
trip
=
uitstapje
unforgettable
=
onvergetelijk
volunteer
=
vrijwilliger
weather
=
weer
wildlife
=
dierenrijk
winter
=
winter
wooden
=
houten
youth hostel
=
jeugdherberg