Apprendre le vocabulaire
Conseils
Méthode d'étude
Démarrer
Wozzol
Conseils
Méthode d'étude
Listes de vocabulaire
Actualités
Apprendre du vocabulaire
Si vous souhaitez apprendre plus de vocabulaire dans une langue étrangère, n'hésitez pas à nous le faire savoir.
Contactez nous
Liste de vocabulaire
Listes de vocabulaire
Latijn
Disco
Deel 1 en 2
Hoofdstuk 26
Veuillez vérifier que la liste de vocabulaire est correcte avant de l'apprendre.
Actions
Liste ouverte pour apprendre
Imprimer la liste sous forme de
flashcards
Exporter la liste dans un fichier texte
Latijn
Nederlands
ne + coni.
=
(op)dat niet / dat (na ww. van vrezen)
deducere
=
wegvoeren
superbus
=
trots / arrogant
ultimus
=
laatst(e)
epistula
=
brief
scripsi
=
pf van scribere
scribere
=
schrijven
aperire
=
openen / bekend maken
monumentum
=
monument
ut + coni.
=
opdat / om te / zodat / dat
sumere
=
Nemen
praeter (+ acc.)
=
behalve
conspicere / io
=
zien
admovi
=
brengen naar (pf)
admovere
=
brengen naar
pes / pedes m
=
voet
crines (meervoud) m
=
de haren / het haar
domina
=
meesteres
cognovi
=
leren kennen / vernemen (pf)
cognoscere
=
leren kennen / vernemen
noctu
=
's nachts
palam
=
openlijk
forum
=
marktplaats / forum
nobilis
=
adellijk / aanzienlijk
praeterire
=
gaan langs
num
=
toch niet? / of (leidt afh. vraag in)
cubare
=
slapen / (in bed) liggen
brevis
=
kort
affectus
=
ppp van afficere / io
afficere / io
=
treffen / vervullen
per (+ acc.)
=
overheen / door(…heen) / gedurende
cibus
=
voedsel
bibere
=
drinken
quo
=
waar(heen)
minimus
=
superlativus van ‘parvus'
comitatus
=
vergezeld (door + abl.)
egi
=
voeren / leiden (pf)
agere
=
voeren / leiden