Apprendre le vocabulaire
Conseils
Méthode d'étude
Démarrer
Wozzol
Conseils
Méthode d'étude
Listes de vocabulaire
Actualités
Apprendre du vocabulaire
Si vous souhaitez apprendre plus de vocabulaire dans une langue étrangère, n'hésitez pas à nous le faire savoir.
Contactez nous
Liste de vocabulaire
Listes de vocabulaire
Engels
ThiemeMeulenhoff
New Interface onderbouw 3e editie
VWO - Leerjaar 3 - 3e editie
Hoofdstuk 3.2 - Vocabulary unit 3, lesson 2
Controleer altijd of een woordenlijst correct is voordat je hem gaat leren.
Actions
Liste ouverte pour apprendre
Imprimer la liste sous forme de
flashcards
Exporter la liste dans un fichier texte
Engels
Nederlands
arrangement
=
afspraak, regeling
bride
=
bruid
ceremony
=
ceremonie, huwelijksvoltrekking
forever
=
voorgoed
get married (to)
=
trouwen
get on someone’s nerves (to)
=
iemand op de zenuwen werken
groan (to)
=
kreunen
groom
=
bruidegom
keep someone company (to)
=
iemand gezelschap houden
mingle (to)
=
met anderen praten (op een feest)
posh
=
chic
relative
=
familielid
relief
=
opluchting
request (to)
=
verzoeken
ride (to) - rode - ridden
=
een ritje maken met/in
smart
=
netjes, chic
speech
=
toespraak
supposed to be
=
eigenlijk de bedoeling zijn
upset (to) - upset - upset
=
boos/verdrietig maken
wedding
=
bruiloft, huwelijk