Berlin ist die Hauptstadt Deutschlands.	In welchem Bundesland liegt das?	Wir machen eine Klassenfahrt.
Bitte seid pünktlich!	Wann treffen wir uns?	Um Viertel nach zehn am Bahnhof.
Ach so!	Hast du einen Stadtplan?	Ich bin fremd hier.
Ich suche die U-Bahn.	Geh an der Ampel nach links.	Ich habe mich verirrt.
Wie weit ist das zu Fuß?	Das ist in der Nähe vom Alexanderplatz.	Muss ich umsteigen?

Wij hebben een schoolreisje.	In welke provincie ligt dat?	Berlijn is de hoofdstad van Duitsland.
Kwart over tien bij het station.	Hoe laat ontmoeten we elkaar?	Zijn jullie a.u.b. op tijd!
Ik ben hier onbekend.	Heb je een plattegrond?	Aha!
Ik ben verdwaald.	Ga bij het stoplicht links.	Ik zoek de metro.
Moet ik overstappen?	Dat is in de buurt van het Alexanderplein.	Hoe ver is dat te voet?