Duits : Nederlands der Wochenbericht, das Berichtsheft = de weekstaat der Ausbildungsnachweis = het opleidingsbewijs das Ausbildungsjahr = het opleidingsjaar das Heft = het schrift Der Bericht wird wöchentlich ausgefüllt. = Het rapport wordt wekelijks ingevuld. Der Wochenbericht wird unterschrieben. = De weekstaat wordt ondertekend. der schriftliche Ausbildungsnachweis = het schriftelijke opleidingsbewijs die Abschlussprüfung = het examen die ausgeführten Tätigkeiten = de afgeronde werkzaamheden Die Auszubildenden dokumentieren die Ausbildung. = De leerlingen houden de onderdelen van de opleiding bij. Die Auszubildenden müssen den Ausbildungsnachweis vorzeigen. = De leerlingen moeten het opleidingsbewijs tonen. die erledigten Aufgaben = de uitgevoerde taken die Firma = de firma die Inhalte des Unterrichts in der Berufsschule = de inhoud van het onderwijs op het mbo die Zwischenprüfung = tussentijds examen Im Wochenbericht stehen Informationen über die Ausbildung. = In de weekstaat staat informatie over de opleiding. von den Auszubildenden und den Ausbildern = door de leerlingen en de opleiders während der Arbeitszeit = onder werktijd Wie oft? = Hoe vaak? stündlich = elk uur, per uur täglich = dagelijks wöchtenlich = wekelijks monatlich = maandelijks jährlich = jaarlijks die Arbeitskleidung = de werkkleding die Schutzkleidung = de beschermende kleding die Arbeitshose = de werkbroek die Arbeitsjacke = de werkjas der Arbeitsanzug = de overall die Arbeitsschuhe = de werkschoenen die Arbeitshandschuhe = de werkhandschoenen die Schutzbrille = de veiligheidsbril der Schutzhelm = de veiligheidshelm die Branche = de branche der Bau = de bouw die Technik = de techniek die Gastronomie = de horeca die Landwirtschaft = de landbouw die Industrie = de industrie das Handwerk = het ambacht der Handel = de handel die Bildung = het onderwijs die Pflege = de zorg Banken und Versicherungen = banken en verzekeringen die Dienstleistungen = de diensten die öffentliche Verwaltung = het openbaar bestuur Kunst und Kultur = kunst en cultuur die Medien = de media die IT = de ict Aufgaben als Frisör = werkzaamheden als kapper Arbeitsplätze gefegt = werkomgeving geveegd beim Anbringen einer Dauerwelle beim Kunden zugeschaut = toegekeken tijdens het permanenten van een klant Dauerwelle am Übungskopf geübt = permanent op oefenkop geoefend Haare gewaschen = het haar gewassen Lager aufgeräumt und aufgefüllt = magazijn opgeruimd en aangevuld Termine angenommen = afspraken gemaakt Tönung aufgetragen und ausgespült = kleurspoeling aangebracht en uitgespoeld unter Anleitung Kinderhaarschnitt durchgeführt = onder begeleiding kinderkapsel geknipt der Unterricht = de lessen die Unterweisung = de instructie neu vermittelt = nieuw behandeld usw. / und so weiter = enz. / enzovoort Wimpern gefärbt = wimpers geverfd Aufgaben als Fachkraft im Gastgewerbe = werkzaamheden als horecamedewerker an der Rezeption gearbeitet = achter de receptie gewerkt beim Einlagern geholfen = geholpen met het opslaan einfache Gerichte zubereitet = eenvoudige gerechten bereid im Büro gearbeitet = op kantoor gewerkt im Restaurant bedient = bediend in het restaurant kalte Platten fürs Büfett garniert = koude schotels voor het buffet opgemaakt Lieferungen entgegengenommen = leveringen in ontvangst genomen sich um das Büfett gekümmert = voor het buffet gezorgd Zimmerservice geboten = kamerservice geboden Aufgaben als Dachdecker = werkzaamheden als dakdekker auf vielen verschiedenen Baustellen gearbeitet = op veel verschillende bouwplaatsen gewerkt Dächer gewartet und repariert = daken onderhouden en gerepareerd Dachfenster und Solarzellen installiert = dakramen en zonnepanelen geïnstalleerd die Holzbearbeitung = de houtbewerking Holz und Metall bearbeitet = hout en metaal bewerkt Isolierungen angebracht = isolaties aangebracht Maße berechnet = maten berekend Wände und Böden abgedichtet = muren en vloeren afgedicht der Arbeitsort = de plaats waar je werkt an der Rezeption = achter de receptie im Büro = op kantoor auf der Baustelle = op de bouwplaats die Abteilung = de afdeling im Betrieb = bij een bedrijf im Café = in het café im Geschäft / im Laden = in de winkel im Hotel = in het hotel im Krankenhaus = in het ziekenhuis im Restaurant = in het restaurant im Salon = in de salon im Schwimmbad = in het zwembad in der Berufsschule = op het mbo in der Fabrik = in de fabriek in der Kantine = in de kantine in der Kneipe = in de kroeg in der Küche = in de keuken in der Schule = op school in der Werkstatt = in de werkplaats eine Bestellung bestätigen = een bestelling bevestigen das Einschreiben = de aangetekende brief das Versandhaus = het postorderbedrijf das voraussichtliche Lieferdatum = de geplande leverdatum der Einzelpreis = de prijs per stuk der Expressversand = de expreszending der Gesamtbetrag der Bestellung = het totaalbedrag van de bestelling der Gesamtpreis = de totaalprijs der Standardversand = de standaardzending die Anrede = de aanhef die Nachnahme = het rembours die Selbstabholung = het zelf ophalen die Versandarten = de manieren van verzenden die Versandkosten = de verzendkosten Hiermit bestätigen wir diese gern. = Hierbij bevestigen we dit graag. nach Abzug von 8 % Mengenrabatt = na aftrek van 8% bulkkorting versandkostenfrei, gratis Versand = gratis verzending Vielen Dank für Ihre telefonische Bestellung. = Veel dank voor uw telefonische bestelling. zur Bestätigung = ter bevestiging