le vainqueur	le filet	marquer
encore	fort	siffler
faire attention	perdre	rater
sans doute	la clé	un amoureux
Fais gaffe!	nécessaire	avoir peur
probablement	par courrier	le monde entier
le lendemain	autour de	les devoirs
un devoir	large	bas
je regrette

scoren	het net	de winnaar
fluiten	sterk	nog (meer)
missen	verliezen	opletten
een vriendje	de sleutel	zonder twijfel
bang zijn	nodig	Kijk maar uit!
de hele wereld	met de post	waarschijnlijk
het huiswerk	rondom	de volgende dag
laag	breed	een huiswerkopdracht
		het spijt me