l'autoroute	rouler / conduire	un bouchon / un embouteillage
dans une heure	les horaires	le vol
un écran	dormir	la clé
se dépêcher / se presser	oublier	la chaussure
la pièce d'identité / la carte d'identité	revenir / retourner	incroyable / extraordinaire
cacher / dissimuler	l'avion	le sous-sol / la cave
entourer	connaître	compter
la ligne	descendre	le bruit
l'éléphant	la girafe	le zèbre

een file / een verkeersopstopping	rijden	de autosnelweg
de vlucht	de dienstregeling	over een uur
de sleutel	slapen	een scherm
de schoen	vergeten	zich haasten
ongelooflijk	terugkomen	het identiteitsbewijs
de kelderverdieping / de kelder	het vliegtuig	verbergen / verstoppen
tellen	kennen	omringen
het geluid	uitstappen	de lijn
de zebra	de giraf	de olifant