l'accueil | rigoler | faire rigoler |
passer à côté | se faire une bouffe | la bouffe |
le futur antérieur |
aan het lachen maken / iem aan het lachen maken | lol hebben / lachen | de startpagina |
de maaltijd / het eten | een gezellig etentje organiseren | voorbijgaan / aan iets voorbijgaan |
de voltooid tegenwoordig toekomende tijd |