Frans : Nederlands
toucher à qc = aan iets komen / iets wijzigen
s'interroger = bij zichzelf te rade gaan
le gratte-ciel = de wolkenkrabber
rouillé = verroest / roestig
rouillée = verroest / roestig
Marianne = nationaal symbool van Frankrijk
la vision future = de toekomstvisie
inconcevable = ondenkbaar / onvoorstelbaar
tenir à qc = aan iets gehecht zijn
tenir à qn = aan iem gehecht zijn
l'emblème = het symbool
la conscience = het bewustzijn
la conscience collective = het collectieve bewustzijn
intouchable = onaantastbaar
l'hymne = het lied / het volkslied
la Marseillaise = het Franse volkslied
déclarer = verklaren / verklaren tot
accuser = iem / iets beschuldigen
guerrier = oorlogs- / krijgs-
guerrière = oorlogs- / krijgs-
se mettre d'accord = het eens worden
se mettre d'accord sur = het eens worden over