Frans : Nederlands bronzer = zonnen / bruin worden le kayak = de kajak au bord de = aan le champion = de kampioen participer = deelnemen participer à = deelnemen aan la compétition = de wedstrijd reconnaître = herkennen le surfer = de surfer la surfeuse = de surfer vous allez me dire = u zult me zeggen le cliché = het cliché la dune du Pilat = hoog duin bij Arcachon le sable = het zand monter = omhooggaan juste = slechts descendre = naar beneden gaan se baigner = zwemmen la piste cyclable = het fietspad la forêt = het bos le quai = de kade animé = druk / levendig animée = druk / levendig le sportif = de sporter la sportive = de sportster le quartier de la bourse = de wijk van de beurs le point de rencontre = het trefpunt l'illumination = de verlichting / de feestelijke verlichting au-dessus de = boven