Frans : Nederlands
la pharmacie = de apotheek
les toilettes = het toilet / de wc
la salle d'attente = de wachtkamer
la station de métro = het metrostation
le point Wi-Fi = de hotspot
la cabine téléphonique = de telefooncel
le guichet = het loket
la station de taxis = de taxistandplaats
le taxi = de taxi
la sortie = de uitgang
le bar = de bar / het café
à droite de = rechts van
à gauche de = links van
à côté de = naast
en face de = tegenover
devant = voor
derrière = achter
vrai = juist / goed
vraie = juist / goed
faux = onjuist / fout
fausse = onjuist / fout
le plan = de plattegrond